Wat is een golferselleboog?
Een golferselleboog lijkt erg op een tenniselleboog, maar zit aan de binnenzijde van de elleboog gelokaliseerd in plaats van aan de buitenzijde. Er lopen meerdere spieren van een botpunt aan de binnenzijde van de elleboog (de flexoren) richting de hand. Deze spieren bevinden zich aan de handpalmzijde van de onderarm. Flexoren zorgen voor een buiging van de pols en de vingers. Bij overbelasting van deze flexoren kunnen er beschadigingen van de pees ontstaan. Als gevolg van deze beschadigingen kan degeneratie van het peesweefsel optreden, een golferselleboog. Dit resulteert dan in pijnklachten aan de binnenzijde van de elleboog. Deze pijnklachten kunnen voor beperkingen van dagelijkse activiteiten zorgen.
Hoe herken ik een golferselleboog (wat zijn de symptomen?)
Een golferselleboog kenmerkt zich met pijnklachten aan de binnenzijde van de elleboog op het botpunt waar de flexoren aanhechten. De klachten nemen langzamerhand toe indien er niet goed met de eerste pijnsignalen omgegaan wordt. Zo zal de klacht in het begin voornamelijk opspelen na activiteit waarbij de flexoren gebruikt zijn en kan dit zich ontwikkelen in pijnlijkere klachten die vaker aanwezig zijn. Zo kan in hele ernstige gevallen de pijn zelfs in rust aan blijven houden en een zware impact hebben op het dagelijkse leven.
- Drukpijn op de binnenzijde van de elleboog
- Uitstralende pijn richting onderarm
- Pijn bij buigen van de pols tegen weerstand
- Pijn bij het op rek brengen van de flexoren
- Activiteiten zoals het opendraaien van een pot of draaien aan een deurknop zijn pijnlijk
- Pijn aan rug/nek/schouder regio
- Toename van klachten in de ochtend (ochtend stijfheid)
Wat zijn de oorzaken van een golferselleboog?
Men denkt vaak dat een golferselleboog ontstaat door golf. Desalniettemin, in tegenstelling tot de naam ontstaat golferselleboog vaker door andere activiteiten dan golf. Een golferselleboog is een overbelastingblessure. Door overmatig gebruik van de flexoren van de onderarm kan dit het resultaat zijn. Dit kan bijvoorbeeld komen door activiteiten of sporten uit te voeren waarbij veel polsbuiging tegen weerstand bij nodig is of waarbij veel geknepen moet worden. Voorbeelden van zulke activiteiten zijn: golf, tennis, squash, badminton, computerwerk, schilderen, timmerwerk, et cetera.
Factoren die de kans op een golferselleboog vergroten:
- Slechte houding
- Toename in trainingsintensiteit
- Slechte techniek tijdens het sporten
- Verkorte spieren
- Eerdere tenniselleboog in de voorgeschiedenis
- Slechte warming-up
- Stijfheid van het polsgewricht
Het diagnosticeren van een golferselleboog
De fysiotherapeut zal uit het vraaggesprek voldoende informatie verkrijgen om een hypothese op te stellen. Aan de hand van het vraaggesprek en de opstelde hypothese, gericht op een golferselleboog, voert de fysiotherapeut een onderzoek uit. Dit onderzoek bestaat uit kijken, voelen en het uitvoeren van verschillende testen die een golferselleboog in- en/of uitsluiten.
Een echo apparaat kan nog als aanvullend onderzoek ingezet worden om de mate van degeneratie van het peesweefsel te bepalen.
Het behandelen van een golferselleboog
Het is belangrijk dat er adequaat met een golferselleboog omgegaan wordt. Vaak moet de patiënt door de fysiotherapeut geremd worden qua activiteiten en belasting. Een golferselleboog is, zoals al benoemd, een overbelastingblessure en dient in eerste instantie met wat rust gekalmeerd te worden. Peesweefsel is erg slecht doorbloed en herstelt daardoor minder snel dan een spier. Door de belastbaarheid van de pees langzamerhand met de juiste intensiteit weer op te trainen, zal het peesweefsel weer sterk worden. Dit is vaak een zoektocht, bij te veel intensiteit ontstaan er meer klachten en bij te weinig intensiteit herstelt de pees niet. De fysiotherapeut kan bij dit proces helpen en weet hoe deze belasting langzaam opgebouwd dient te worden. Op deze manier is de kans op een terugkomende golferselleboog minimaal.
Mogelijke interventies bij een golferselleboog:
- Massage (losmaken spieren)
- Dry needling (los maken spieren)
- Mobiliserende technieken
- Oefentherapie gericht op kracht/stabiliteit/mobiliteit
- Shockwave therapie
- Tapen
- Adviseren/informeren
- Aanpassen van de houding